| Niet iedere OD heeft recht op schade, waarom? | De gelaedeerde dient daadwerkelijk schade te hebben geleden. |
| Welke vormen van schade zijn er, geef wetsartikelen. | Art. 6:95 BW: Vermogensschade en schade van een ander nadeel
Art. 6:96 BW: Vermogensschade (Materieel)
Art. 6:106 BW: Ander nadeel (Immaterieel) |
| Benoem de vormen van materiële schade uit de literatuur. | De schadevormen:
- Personen- en letselschade (letsel- en overlijdensschade)
- Zaakschade (beschadiging/vernietiging van een zaak)
- Zuivere vermogensschade (gederfde winst of geleden verlies) |
| Benoem de schadevormen uit art. 6:96 lid 2 BW. | De vormen:
1. Sub a:
- Bereddingskosten
- Kosten om dreiging van schade te verminderen/voorkomen
2. Sub b:
- Administratie- en expertisekosten
- Kosten ter vaststelling van schade en aansprakelijkheid
3. Sub c:
- Incassokosten
- Zowel interne als externe incassokosten |
| Welke vormen kent art. 6:95 jo. 6:106 BW? | Art. 6:106 BW:
- Sub a: Er was een oogmerk m.b.t. toediening immaterieel nadeel
- Sub b: Letsel, eer of goede naam schade, geestelijk letsel, etc.
- Sub c: Aantasting van de nagedachtenis van een overledene |
| Hoe wordt de hoogte van schade bij immateriële schade berekend? | De schade wordt o.g.v. billijkheid vastgesteld. Er wordt gekeken naar de duur, intensiteit, aard, gederfde levensvreugde gekeken. |
| Wanneer komt geestelijk letsel in aanmerking voor de schadevergoeding? | Indien:
1. Persoon met schade moet voldoende concrete gegevens aanvoeren waaruit kan volgen dat i.v.m. de omstandigheden van het geval een psychische beschadiging is ontstaan, waartoe nodig is dat naar de objectieve maatstaven het bestaan van geestelijk letsel is of had kunnen zijn vastgesteld
2. Je gekwetst voelen of een minder sterk psychisch onbehagen is niet meer voldoende voor art. 6:106 lid 1 sub b BW |
| Welke wetsartikelen gebruik je bij letselschade? | Art. 6:95 jo. 6:106 lid 1 sub b BW
Je gebruikt art. 6:107 lid 1 sub a BW indien er derde(n) betrokken zijn |
| Welke wetsartikelen gebruiken we bij het overlijden en de schade die daaruit voortvloeit? | Art. 6:95 jo. 6:108 BW |
| Definieer affectieschade. | Affectieschade (art. 6:107 lid 1 sub b BW) betreft de naasten die immateriële schade (leed ondervinden). Dit kan enkel bij ernstig en blijvend letsel. |
| Definieer shockschade. | Shockschade (HR Taxibus, art. 6:108 lid 3 BW) betreft de schade die iemand ondervindt in geval van confrontatie met de heftige gevolgen van het ongeval (psychisch letsel). |
| HR Taxibus | Feiten: Een jong meisje wordt op het woonerf overreden. De moeder wordt met de details op straat geconfronteerd en lijdt geestelijk letsel. De vraag is nu of de geschonden norm strekt tot bescherming van de schade zoals de moeder van het meisje die heeft geleden.
HR: De gedraging is ook jegens de moeder onrechtmatig als sprake is van overtreding van een verkeers- en/of veiligheidsnorm. Daarbij moet de moeder direct geconfronteerd zijn met de gevolgen. Ook moet sprake zijn van een hevige emotionele shock en geestelijk letsel. Dit is met name het geval bij dood/verwonden en bij een affectieve band. |
| HR Renteneurose | Feiten: Agent Gibbs slaat Henderson met zijn wapenstok op het hoofd. Henderson houdt hier lichamelijke en psychische klachten aan over. Henderson blijft vragen om een schadevergoeding wegens zijn renteneurose. Gibbs vindt dat de schade gedeeltelijk voortkomt uit de renteneurose. Kan de neurose aan de pleger van de OD worden toegerekend?
HR: De gevolgen van een predispositie van een slachtoffer kunnen aan de dader worden toegerekend indien het om een OD gaat waar letsel bij toegebracht is, ook al liggen die gevolgen niet in de lijn der verwachtingen. |
| O.g.v. welk wetsartikel mag de rechter in vrijheid begroten? | Art. 6:97 BW. |
| Definieer de concrete schadebegroting. | Er wordt gekeken naar de concrete schade van dat geval. |
| Definieer de abstracte schadebegroting | Er wordt gekeken naar de schade van een ander die in dezelfde situatie verkeert als de benadeelde. |
| Definieer de geschatte schadeberekening. | Hierbij wordt de schade geschat. |
| HR Deurmat | Feiten: Werknemer breekt tenen op werk. Werkgever is aansprakelijk. Thuis struikelt hij over de deurmat en loopt hij knieletsel op. De vraag is: is de werkgever aansprakelijk voor het knieletsel?
HR: De restverschijnselen waren aanwezig tijdens de val van het tweede ongeluk. Dat is een niet te ver verwijderd verband om dat knieletsel naar redelijkheid te kunnen toerekenen aan de oorspronkelijke OD. |
| RB Geëxplodeerd theekopje | Feiten: Theekopje explodeert boven mevrouw haar benen. Eiseres vordert 200.000 euro aan schadevergoedingen van Yogi Twa. Verlies op arbeidsvermogen (gederfde winst) staat centraal. Yogi accepteert dat ze aansprakelijk zijn, maar trekken de omvang van de schade in de twijfel.
Rb: Eiseres heeft geen financiële ruimte om voor zichzelf te zorgen. 207.500 Wordt ervan gemaakt. |
