Week 6 Sociale Psychologie, Minor Toegepaste Psychologie
🇳🇱
In Holandés
In Holandés
Practique preguntas conocidas
Manténgase al día con sus preguntas pendientes
Completa 5 preguntas para habilitar la práctica
Exámenes
Examen: pon a prueba tus habilidades
Pon a prueba tus habilidades en el modo de examen
Aprenda nuevas preguntas
Modos dinámicos
InteligenteMezcla inteligente de todos los modos
PersonalizadoUtilice la configuración para ponderar los modos dinámicos
Modo manual [beta]
Seleccione sus propios tipos de preguntas y respuestas
Modos específicos
Aprende con fichas
Escuchar y deletrearOrtografía: escribe lo que escuchas
elección múltipleModo de elección múltiple
Expresión oralResponde con voz
Expresión oral y comprensión auditivaPractica la pronunciación
EscrituraModo de solo escritura
Week 6 Sociale Psychologie, Minor Toegepaste Psychologie - Marcador
Week 6 Sociale Psychologie, Minor Toegepaste Psychologie - Detalles
Niveles:
Preguntas:
34 preguntas
🇳🇱 | 🇳🇱 |
Wat is agressie? | 'Doelbewust gedrag dat erop gericht is een ander te kwetsen of pijn te doen.' |
Wat is vijandige agressie? | 'Agressie die voortkomt uit gevoelens van boosheid en die erop gericht is iemand pijn te doen.' |
Wat is instrumentele agressie? | 'Agressie als middel om een ander doel te bereiken dan iemand pijn doen.' |
Wat is het verschil tussen vijandige agressie en instrumentale agressie? | Bij vijandige agressie willen we een ander pijn doen en bij instrumentale agressie wanneer we door middel van agressie een doel willen bereiken. |
Is agressie aangeleerd en/of aangeboren? Wat zeggen evolutiepsychologen? | - Fysieke agressie genetisch geprogrammeerd in mannen -> beschermen van de groep, hoogst mogelijke status vast stellen, seksuele jaloezie (om hun vaderschap veilig te stellen). Vastgesteld door agressie in chimpansees - Vrouwen agressief als ze hun kinderen moeten beschermen - Testosteron nauwelijks invloed |
Is agressie aangeleerd en/of aangeboren? Wat zegt de sociale psychologie? | - Geboren met vermogen tot agressief gedrag, maar wanneer we dat gedrag uiten wordt aangeleerd - Vroeger veel agressiever dan nu, komt door verandering in waarde en normen van de wereld - Cultuur ook heel veel invloed op agressie. Stammen waar je samen moet werken om te overleven zien agressie als een slecht iets. |
Welke sociale situaties werken volgens de sociale psychologie agressie in de hand? | - Seksuele scripts: 'Regels die correct seksueel gedrag specificeren voor iemand in een bepaalde situatie, afhankelijk van sekse, leeftijd, religie, sociale status en leeftijdsgenoten.' - Dominante script is het script dat het meeste voorkomt in bepaalde settings (westers = man wil graag seks, vrouw is een slet als ze dat wil) |
Wat zegt de frustratie-agressietheorie? | 'Het idee dat frustratie (de perceptie dat je wordt gedwarsboomd bij het bereiken van een doel) de kans op een agressieve respons vergroot.' - Daarnaast maakt relatieve deprivatie, het gevoel dat je minder hebt dan je verdient of minder dan mensen die vergelijkbaar met je zijn, de kans op frustratie en agressief gedrag groter dan absolute deprivatie, zoals protesten en revoluties illustreren. - Kans op agressie wordt vergroot door frustratie door nabijheid van het doel, kan de frustratie veroorzakende persoon wraak nemen en deprivatie |
Wat is het verschil tussen absolute en relatieve deprivatie? | - Deprivatie = Duidt de situatie aan van een groep die zich in verhouding tot andere groepen benadeeld voelt - Relatieve deprivatie = De waarneming dat je (of jouw groep) minder hebt dan je verdient, minder dan men je heeft doen verwachten of minder dan wat mensen in vergelijkbare posities als de jouwe hebben - Absolute deprivatie = Welvaartsniveaus worden vergeleken op basis van objectieve verschillen |
Worden mensen agressief door blootstelling aan geweld via diverse media? | - Geweld in media heeft effect op mensen, maar vooral mannen die al een aanleg hadden voor agressief gedrag - Vijf factoren die agressie door geweld in media kunnen verklaren: 1. als zij het kunnen, kan ik het ook. 2. dus zo doe je dat. 3. de gevoelens die ik heb zijn niet alleen maar het gevolg van een stressvolle dag, het moet wel echt kwaadheid zijn. 4. dat is de zoveelste die in elkaar wordt geslagen, wat is er op andere zenders? -> sympathie voor slachtoffer neemt weg -> makkelijker zelf te ondernemen. 5. ik kan hem maar beter pakken voordat hij mij pakt. |
Wat zegt de sociale leertheorie? | Het idee dat we sociaal gedrag aanleren door anderen te observeren en te imiteren en door cognitieve processen zoals plannen, verwachtingen en overtuigingen |
Wat helpt in het reduceren van agressie? | - Straffen: als de straf niet agressief is, milde straffen leiden tot cognitieve dissonantie dus zijn effectiever, in de wereld van strafrecht gaat straf nooit gewelddadige misdrijven ontmoedigen omdat de straf direct en onvermijdelijk moet komen - Catharsis: het idee dat stoom afblazen opgebouwde agressie energie ontlaadt en daardoor de kans op meer agressief gedrag verkleint. Dit is niet waar, kans is zelfs groter omdat je je dissonantie over de situatie goed probeert te praten en hoogstwaarschijnlijk tot de conclusie kont dat agressief worden goed was - Bewustwording: wat wel goed helpt is zorgen dat je je bewust wordt van je woede, het communiceren van je woede wordt dan ook makkelijker en gaat zonder agressie, zelfreflectie, wat was je eigen inbreng in de situatie |
Wat is het weapons-effect? | 'De toename van agressie louter en alleen door de aanwezigheid van een vuurwapen of ander wapen.' |
Wat is een vooroordeel? | 'Vijandige of negatieve attitudes tegenover een onderscheidbare groep mensen, puur gebaseerd op hun lidmaatschap van die groep.' |
Wat is het verschil tussen een vooroordeel, een stereotype en discriminatie? | - Vooroordeel = vijandige of negatieve attitudes tegenover een onderscheidbare groep mensen, puur gebaseerd op hun lidmaatschap van die groep - Stereotype = generalisatie over een groep mensen waarin vrijwel alle leden van de groep identieke kenmerken krijgen toebedeeld, ongeacht de daadwerkelijke verschillen tussen de leden - Discriminatie = ongerechtvaardigde, negatieve en/of schadelijke actie die gericht is tegen de leden van een groep puur omdat ze lid zijn van die groep |
Wat is stereotypering? | 'Generalisatie over een groep mensen waarin vrijwel alle leden van de groep identieke kenmerken krijgen toebedeeld, ongeacht de daadwerkelijke verschillen tussen de leden.' |
Wat is discriminatie? | 'Een ongerechtvaardigde, negatieve en/of schadelijke actie die gericht is tegen de leden van een groep puur omdat ze lid zijn van die groep.' |
Wat is de impliciete associatietest (IAT)? | 'Een test die onbewuste (impliciete) vooroordelen meet aan de hand van de snelheid waarmee mensen een gezicht (bijvoorbeeld gekleurd of blank, oud of jong) kunnen koppelen aan een positief of negatief woord (bijvoorbeeld eerlijk of slecht, vreugde of mislukking.)' |
Wat is selffulfilling prophecy? | 'Iemands verwachtingen van het eigen of andermans gedrag worden bewaarheid doordat degene met de verwachtingen zich zodanig gedraagt dat dit gebeurt.' |
Wat is institutionele discriminatie? | 'Praktijken waarbij minderheden legaal dan wel illegaal worden gediscrimineerd op grond van etniciteit, sekse, cultuur, leeftijd, seksuele oriëntatie of andere kenmerken.' |
Wat is normatief conformisme? | 'De neiging om je aan te sluiten bij de mening van de groep om aan de verwachtingen van die groep te voldoen en geaccepteerd te worden.' |
Wat is sociale identiteit? | 'Het deel van iemands zelfconcept dat gebaseerd is op zijn of haar identificatie met een land, religieuze of politieke groep of andere sociale affiliatie.' |
Wat is etnocentrisme? | 'De overtuiging dat de eigen etnische groep, het eigen land of de eigen religie superieur is aan alle andere.' |
Wat is in-group bias (wij-groepvertekening)? | 'Positieve gevoelens en een speciale behandeling voor mensen die we tot onze wij-groep rekenen, en negatieve gevoelens en een oneerlijke behandeling voor mensen buiten die groep.' |
Wat is out-group homogeniteitsbias? | 'De perceptie dat individuen in de out-group meer op elkaar lijken (homogener zijn) dan in werkelijkheid het geval is, en ook meer op elkaar lijken dan de leden van de in-group.' |
Wat is blaming the victim? | 'De neiging om individuen de schuld te geven (dispositionele attributies te maken) van hun slachtofferrol, meestal ingegeven door het verlangen om de wereld als een rechtvaardige plek te beschouwen.' |
Wat is de realistische conflicttheorie? | 'Het idee dat beperkte middelen leiden tot conflicten tussen groepen en uitmonden in sterkere vooroordelen en meer discriminatie.' |
Wat zegt de contacthypothese? | 'Veronderstelling dat vooroordelen afnemen als er sprake is van gelijkwaardig contact tussen groepen, waarbij beide groepen gemeenschappelijke belangen en hetzelfde doel hebben.' - Niet alle soorten contact nemen vooroordelen weg, de contacthypothese heeft voorwaarden: 1. Wederzijdse afhankelijkheid: beide kanten moeten van elkaar afhankelijk zijn voor het bereiken van hun doelen 2. Gemeenschappelijk doel: beide kanten moeten een gezamenlijk doel nastreven 3. Gelijkwaardige status: beide kanten moeten een gelijke status hebben 4. informeel, interpersoonlijk contact: beide kanten moeten elkaar in een vriendelijke, informele sfeer leren kennen waarbij één op één communicatie plaatsvind tussen in-group en out-group 5. Verschillende contacten: beide kanten moeten contact hebben gehad met verschillende leden van de andere groep, niet slechts één symbolisch contact 6. Sociale gelijkheidsnormen: beide kanten moeten weten dat de sociale normen van hun groep, institutie en gemeente gelijkheid bevorderen en ondersteunen |
Wat is wederzijdse afhankelijkheid? | 'De situatie die bestaat wanneer twee of meer groepen elkaar nodig hebben om een doel te bereiken dat voor iedereen belangrijk is.' |
Wat is de relatie met het (tripartite) driecomponentenmodel van attitudes? | Vooroordelen zijn attitudes, die bestaan uit het driecomponentenmodel: een affectieve of emotionele component, een cognitieve component en een gedragscomponent |
Waar komen vooroordelen vandaan? | - De affectieve component (emoties): invloed op vooroordelen, wordt verminderd door in contact te komen met bevooroordeelde groep - Cognitieve component (stereotypen): het brein maakt categorieën -> stereotypen -> neurologische verklaring: kost te veel energie om naar uitzonderingen te zoeken. - Gedragscomponent (discriminatie): stereotype opvattingen -> oneerlijke behandeling -> discriminatie |
Hoe kun je vooroordelen veranderen? | Stereotypen veranderen: ontkrachtende informatie moet met veel voorbeelden die inconsistent zijn met het stereotype gepresenteerd worden. Belangrijke punten: 1. Iedereen heeft stereotypes omdat we cognitieve gierigaards zijn 2. Emotionele attitudes zijn moeilijker te veranderen dan niet-emotionele |
Werken logische argumenten? | Redenen voor niet werken logische argumenten: - Het emotionele aspect van attitudes zorgt ervoor dat er met een bevooroordeeld persoon zo moeilijk te discussiëren valt: het is lastig om emoties te veranderen met behulp van logische argumenten. - Individuen die specifieke meningen over bepaalde groepen hebben, zullen informatie over die groepen ander verwerken dan informatie over andere groepen (schematisch werken) Versterkende werking: - Logische argumenten onderuit halen -> nog meer achter eigen standpunt gaan staan -> nog meer vooroordelen |
Wat is het jigsawmodel? | - Techniek die bedoelt was om leerlingen van verschillende afkomst naar gemeenschappelijke doelstellingen te laten streven - Leerlingen in groepen van zes -> lessen verdeeld in segmenten, elke groep één segment -> enige manier om toegang te krijgen tot hele lesstof is doordat leerlingen elkaar de stof gaan leren - Leerlingen zijn met elkaar gelijk - Participeren in een coöperatieve groep ontzenuwt de percepties van de in-group en de out-group en stelt het individu in staat om 'onderlinge verbondenheid' te ervaren, waarbij niemand is uitgesloten van het lidmaatschap van een groep. Het jigsawmodel verhoogt het zelfvertrouwen en de prestaties. Bovendien stimuleert samenwerking de ontwikkeling van empathie. |